zaterdag 14 juli 2007
Logboek 14/07/2007: 32ste werkdag
Tijdstip: 14u – 17u
Aanwezigen: Hubert Timmerman, Johnny De Mol, Frederick De Loose, Walter Callebaut.
Werkzaamheden: Refitting materiaal museum Aalst. Algemene inventarisatie Gent.
Suggesties: Nihil
Verslag 32ste werkdag: zaterdag 14/07/2007
Doch we weten dat we een prachtteam hebben dat op elkaar is afgesteld en dat iedereen binnen de ploeg weet wat er hem te doen staat. Dus zoals elke week togen Johnny, Hubert, Walter en Frederic, onze jongste refitter, aan het werk op een, wat ik vermoedde, broeierige zolder.
Johnny met weeral een gerefitte voet van kruik of amfoor.
Ook Frederick, ons jongste lid van het zolderteam, gaat er steeds met hartstocht tegenaan. Het doet plezier om zo een jonge gast zien op te gaan in zijn refittingswerk, en binnenkort vertrekt hij op archeologisch jeugdkamp. We wensen hem langs deze weg een fijne vakantie en veel archeologisch plezier toe.Frederick De Loose, onze jongste refitter, steeds gedreven in zijn werk.
Hubert stort zich zoals elke week op de algemene inventarisatie van het materiaal van Gent. Bedreven en zorgvuldig zoals hij is, zal dit voorbereidend werk ook tot een goed einde gebracht worden.
Raar, maar waar. Ik heb niets gehoord van Johnny. Zou er de zomermot inzitten? Ik kan het haast niet geloven dat hij vandaag niets zou gevonden hebben.
Nu rest er mij niets anders meer dan ons team het beste toe te wensen en te zorgen dat ik er de volgende werknamiddag ook weer kan tegen aangaan.
zondag 8 juli 2007
Logboek 07/07/07: 31ste werkdag
Tijdstip: 14u – 17u30
Aanwezigen: Hubert Timmerman, Bert Deruyck, Johnny De Mol, Walter Callebaut, Romain De Moor.
Werkzaamheden: Refitting materiaal Aalst. Doorgedreven selectie scherven Aalst. Fotografie. Inventariseren van samengebracht materiaal. Eerste inventarisatie materiaal Gent.
Suggesties: Nihil.
Verslag 31ste werkdag: zaterdag 07/07/2007
Een bijgevonden randscherf maakt dit
relict tot een bijna volledig item.
Mijn snelle start werd mij niet in dank afgenomen door Johnny want al vlug had ook hij resultaat met een randscherf in grijs gereduceerd aardewerk met hoog opstaande rand. Zo kon ik weer beginnen te nummeren, meten en beschrijven.
Een vreugdekreet van Walter liet me horen dat ik nog lang niet gedaan had met dit werk. Hij kwam aandraven met een randscherf in donker grijs aardewerk, met nagelversiering en gearceerde band, duidelijk type Holwerda 31 (urne). Wat nog prachtiger is, dit geheel blijkt de ontbrekende schakel te zijn van een urne die reeds enkele weken lag te wachten op deze samensmelting.
Met dit gegeven kunnen wij deze namiddag zeker sensationeel noemen. Twee relicten die we op één namiddag bijna volledig kunnen samenstellen. Daar moet zeker op geklonken worden: de fris gekoelde Palm liep binnen als een Gallo-Romeinse godendrank.
Ondertussen zat ook Hubert niet stil. In alle rust werkt hij verder aan de eerste algehele inventarisatie van het Gentse materiaal. Soms komt hij aandraven met een of ander relict dat hij tegenkomt, en eerlijk gezegd, het is om te watertanden. Een prachtige rand van een mortuarium met de volledige lip aan, getekend met de stempel van de maker onder de rand. Dit is zoals Johnny ons weet te vertellen bij deze relicten de gewoonte om de stempel aan te brengen op deze plaats. En zoals blijkt, lijkt deze theorie ook te kloppen.
Hubert en Walter in overleg bij het materiaal uit de voorraad Gent.
Terwijl ik hiermee bezig ben dwalen mijn gedachten even af en zet ik alles eens op een rijtje.
Het is voor mij duidelijk dat het materiaal van het Stedelijk Museum Aalst uit de door onderpastoor De Brouwer eerste gevonden favissa komt. Dit materiaal is minder geordend en onbeschreven zodat men echt kan zien dat dit gebeurd is door iemand die niet gewoon is om dergelijk materiaal op een archeologisch verantwoorde manier te behandelen. Daartegenover staat het materiaal van Gent dat zeker afkomstig is van Dr. Prof. De Laet dat ordelijk en beschreven in de dozen zit. Daar het materiaal van De Brouwer is opgegraven in 1946 in de eerste favissa, en het materiaal van De Laet in 1947 en latere periodes afkomstig van het heiligdom en de bijhorende villa, zal het vermoedelijk moeilijk worden om scherven bij elkaar te brengen uit de twee verschillende voorraden.
Een joepie van Walter laat me even opschrikken, en ja hoor, hij brengt weer een compositie te voorschijn van twee voetscherven in donkergrijs aardewerk vermoedelijk een type Holwerda 31.
Na nog een laatste nabeschouwing en een kleine bespreking van de nog af te leggen weg, keren we dorpwaarts naar onze eigen nederzetting. En ik ben er niet kwaad om, want ik vecht reeds weer enkele dagen tegen een astma-aanval en een opstekende bronchitis. Stomme longen.
Fotohoek
zondag 1 juli 2007
Logboek 30/06/2007: 30ste werkdag
Tijdstip: 14u – 17u
Aanwezigen: Bert Deruyck, Hubert Timmerman, Johnny De Mol, Walter Callebaut, Romain De Moor
Werkzaamheden: Overbrengen archeologische relicten van de Universiteit Gent en extra werkmateriaal, begin inventarisatie materiaal Gent, refitting materiaal Aalst, fotografie
Suggesties: Nihil
Verslag 30ste werkdag: zaterdag 30/06/2007
Johnny in actie met duurzame dozen.
Eerst al het archeologisch materiaal naar boven. Dan de logge bakken en kaders. Dit alles was al goed voor een vol werkuur. En dan moest onze zolder toch even herschikt worden.Johnny en Hubert in volle sleur.
In eerste instantie zou Hubert zich bezig houden met een eerste ruime inventarisatie en het nemen van foto’s van de nieuwe relicten. Dit is zeker een bezigheid voor enkele werknamiddagen. Nadien zullen de artefacten worden uitgespreid in de voorziene werkbakken om daar aan een volledige refitting en studie te worden onderworpen. Tot slot komen ze onder de fototent van Bert die alles op de gevoelige plaats zal zetten voor eventuele publicatie.
Terwijl Hubert zich in zijn nieuwe werkomgeving intensief bezighoudt met deze eerste inventarisatie, gaat het refittingswerk van het materiaal van Aalst gewoon door. Het komt erop aan om de vooropgezette werkwijze met een strikte discipline te volgen om er zeker geen warboel van te maken.
Hubert in zijn nieuwe werkomgeving.
Johnny (natuurlijk) slaagt er in om weer een stuk randscherf in terra sigillata aan te passen aan een reeds ver gevorderde refitting, namelijk een schaal met rechtopstaande rand die diende om plengoffers te brengen. De voet van deze schaal is gestempeld. Dit wordt zeker een van de voornaamste relicten dat is samengesteld. Er worden zeker nog twee randscherven in grijs aardewerk, Belgische waar, samengebracht met reeds eerder gerefitte voorwerpen.
Walter die bij de laatste werkdag vier scherven grijs aardewerk, Belgisch waar, had meegenomen met reliëfstempel om te onderzoeken onder de binoculair is erin geslaagd om één ervan zodanig te reinigen dat de stempel nu met de blote oog waarneembaar is, waarvoor een dikke proficiat. De stempel vertoont schuine en rechte strepen. Dit laat ons vermoeden dat de maker ervan niet echt goed kon schrijven maar toch een nabootsing van het originele Italiaanse waarmaakte. Deze gestempelde scherven zullen in een latere publicatie apart behandeld worden met de nodige wetenschappelijke achtergrond.
Ikzelf ben nog begonnen aan een verdere doorgedreven selectie van het materiaal van Aalst, door alle soorten scherven van dezelfde aard uit verschillende bakken samen te brengen in één bak. Toch blijven de scherven gescheiden gehouden per inventarisdoos. Bijvoorbeeld: in een bak onderverdeeld in vier vakken bevinden zich nu alle randscherven uit de verschillende bakken. Dit brengt wel met zich mee dat er nu meerdere bakken zijn die hetzelfde nummer van inventarisdoos dragen, maar met de nodige discipline is deze werkwijze haalbaar en vergemakkelijkt het het werk voor de refitters.
Ondertussen is de namiddag rustig verder gekabbeld naar zijn einde toe, zodat we in alle rust weerkeren naar onze stulp ieder met zijn eigen overwegingen.