zaterdag 26 mei 2007

Logboek 26/05/2007: 26ste werkdag

Locatie: “Oud Hospitaal”, Stedelijk Museum Aalst
Tijdstip: 14u tot 17u30
Aanwezigen: Bert Deruyck, Johnny De Mol, Romain De Moor
Werkzaamheden: Fotografie, refitten, nummeren en beschrijven, voorbereidingen opendeurdag 02/06/2007

Statuet

Resultaat van minutieus puzzelwerk door de refittingsploeg.
Een voet van een statuet vermoedelijk bestaande
uit de afbeelding van een paard.

Verslag 26ste werkdag: zaterdag 26/05/2007

Zwoel, warm en doef is de perfecte weergave van de weersomstandigheden op deze 26ste werknamiddag in het museum. Zwetend stoomden wij de trap op naar onze zolder waar het refittingswerk op ons ligt te wachten.
Terwijl Bert zich onder de broeierige spots van zijn fotostudio begeeft, begint Johnny zoals gewoonlijk aan het refittingswerk en beschrijf ik de laatste stukken van de bouwmaterialen.
Hubert heeft voor vandaag de handdoek geworpen. Hij ligt met een zware migraineaanval buiten strijd. De refittingsploeg wenst hem het beste toe en hoopt hem spoedig terug te zien op zolder.
Na het schrijfwerk neem ik de taak op mij om de zolder een beetje op orde te zetten zodat we volgende week onze gasten kunnen ontvangen voor de opendeurnamiddag “Puzzelen in de verzameling De Brouwer”. Ondertussen slaagt Johnny er weer in om enkele scherven aan elkaar te passen. Een randscherf sluit prachtig aan een reeds bestaand voorwerp uit de tentoongestelde items uit de museumkasten. Het gaat hier om een diep schaaltje in grijs aardewerk met gereduceerde bakking. Dit diende vermoedelijk om plengoffers te brengen. Als zo iets wordt gevonden geeft dat de gewone man weer wat moed om verder te puzzelen. Na mijn opruimwoede en mijn gemaakte afspraken met het museumpersoneel voor volgende week, begeef ik me ook nog eens aan het refitten. Terwijl ik daar zo mee bezig was, kreeg ik echt pas inzicht in de massa materiaal dat nog te verwerken is. Het is ook opvallend hoeveel scherven er liggen van steeds dezelfde voorwerpen: urnen, kruiken en schalen merendeel devotie materialen. Waar blijven die huishoudmaterialen? Ik vermoed dat deze zullen komen uit het materiaal van Gent en Leuven. Alhoewel, afwachten is de boodschap.

Een greep uit de ijzeren voorwerpen aangetroffen
tussen het schervenmateriaal.
Naar het einde toe krijgen we nog het bezoek van een paar jonge mensen die een geschiedkundig werk moeten maken over archeologische voorwerpen uit de regio Aalst. Zij zitten met problemen over het steentijdmateriaal. Gelukkig kunnen we deze mensen helpen. Dat doet steeds plezier. Meteen wordt ook het einde aangekondigd van deze werkdag. Na het gehaper van de betaalmachine in de parkeertoren keren we huiswaarts, waar moeder de vrouw wacht met het avondeten.

zaterdag 19 mei 2007

Logboek 19/05/2007: 25ste werkdag

Locatie: “Oud Hospitaal”, Stedelijk Museum Aalst
Tijdstip: 14u – 17u30
Aanwezigen: Johnny De Mol, Hubert Timmerman, Bert Deruyck, Walter Callebaut, Willy Van Paepeghem, Frederik De Loose, Romain De Moor.
Bezoekers: Pieter-Jan Callebaut, Matthias Jacques en Mimi De Loose
Werkzaamheden: Onderzoek met binoculair. Test met nieuwe foto-uitrusting. Refitten. Nummeren en beschrijven van materiaal.

Verslag 25ste werkdag: zaterdag 19/05/2007

Inderdaad trouwe bloglezers, jullie hebben het goed gemerkt: verleden week er is geen verslag geweest, gewoon omdat er een week niets is gebeurd. Even de zender op andere doeleinden gericht. Maar vandaag zijn we weer van de partij en om 14 uur staan we gepakt en gezakt in het museum. "Gepakt en gezakt" is de juiste uitdrukking want met al ons materiaal is dat elke week telkens weer een kleine verhuis.
Vandaag staan twee nieuwe experimenten op het getouw. Voor het eerst gaan we de binoculair van Walter gebruiken voor het zegelonderzoek op verschillende scherven en Bert gaat een nieuwe manier van fotograferen proberen. In een kleine witte plooibare kamer gaat hij trachten schaduwloze foto’s te maken. Van dit experiment kan ik al zeggen dat dit geslaagd mag genoemd worden. Proficiat Bert voor het prachtige resultaat.

Bert aan de slag met zijn nieuwe
"fotocube", een voltreffer.

Wat het eerste betreft, was het begin zeer lovend. Op enkele scherven hadden we steeds dezelfde kleine diepe gleuf gevonden. Dit kon zeker geen toeval zijn. Onder de binoculair konden we inderdaad vaststellen dat dit een duidelijke reliëfstempel is. Jammer genoeg was de tweede zodanig afgesleten dat we enkel kunnen zien dat hij van hetzelfde type is en mogelijk van dezelfde maker. Het gaat hier om stempels aangebracht in vermoedelijk borden of schalen in grijs aardewerk met gereduceerde bakking. De stempel die nog zichtbaar was, moeten we nu trachten te ontcijferen, maar de gegevens zijn zo duidelijk dat we daar wel zullen in slagen.

Willy en Frederik aan de slag met de binoculair,
even wennen maar de resultaten geven
de nodige voldoening.

De stempels in de terra sigillata daarentegen zijn zo verweerd dat we er vermoedelijk niet zullen in slagen ze te ontcijferen. In één scherf zijn er wel inkrassingen waarneembaar die wellicht nog te ontcijferen zijn. Studie volgt later.
Ondertussen zitten de refitters van dienst ook niet stil, doch dit wil niet zo goed lukken vandaag. Hubert slaagt er wel in om twee maal twee randscherven van een schaal of bord samen te brengen.
Ikzelf begeef me na het onderzoek met de binoculair terug aan mijn trouwe werktafel om te nummeren en te beschrijven.
Een eigenaardig detail: bij de inventarisatie van een fragment tegula valt het na het reinigen op dat de bovenste laag zwart gebakken is en de onderkant volledige rood. Op dit detail zullen we in een latere analyse terugkomen.

Een detail foto van een fragment tegula,
duidelijk zicht op de bakking, mooi profiel.

Zo loopt het weeral tegen 17u30 aan. Beladen met ons materiaal keren we weer richting Hofstade waar Walter nog gauw bij mij thuis de database komt plaatsen voor de verwerking van het materiaal. (Tot hier toe was ik er nog altijd niet in geslaagd.) Er zijn nu nog even problemen voor het invoegen van de foto’s maar dat zal ook wel los lopen als Walter hem daar eens tegen legt, hé Walter.

zaterdag 5 mei 2007

Logboek 05/05/2007: 24ste werkdag

Locatie: “Oud Hospitaal”, Stedelijk Museum Aalst
Tijdstip: 14u – 17u
Aanwezigheden: Hubert Timmerman, Bert Deruyck, Johnny De Mol, Walter Callebaut, Romain De Moor (bezoeker: Veronique).
Werkzaamheden: Refitten schervenmateriaal. Fotograferen. Inventariseren (nummeren en beschrijven). Afwerken database.
Suggesties: Bespreken gebruik binoculaire.

Verslag 24ste werkdag: zaterdag 05/05/2007

Het verslag van onze wekelijkse werkdag op onze geliefkoosde zolder verschijnt weer op het normale tijdstip. Zonder we er zelf benul van hebben zal die nog feestelijk verlopen ook.
Daar Patrick tot gisteren in Rome zat, verwachtte ik hem niet op het appel van deze zonnige werknamiddag.

Doch niet getreurd. Weer aan de slag zoals elke week: refitten, nummers zetten en beschrijven, foto’s nemen. Altijd het zelfde werkstramien.
Terwijl de fotostudio van Bert op volle toeren draait, kan ik me na enkele weken weer op het refittingswerk storten. Doch het succes blijft uit. Maar zeker niet bij Johnny. Hij blijft de stukken aan elkaar rijgen. Weerom slaagt hij er in om een groot gedeelte van een urntje Holwerda 31 te refitten. Het voorwerp bestaat uit zwart aardewerk met de gekende nagelversiering. Het verschil met de andere urntjes is de kleur van het aardewerk. Het merendeel bestaat uit grijs aardewerk, doch dit is echt zwart van kleur.
Ondertussen is Walter aangekomen met zijn laptop. Hij gaat zich vandaag enkel bezig houden met het in elkaar stomen van de database zodat we de verwerking van het materiaal kunnen invoeren, een eerste grote stap naar de eindinventarisatie.
En ja, zoals reeds eerder vermeld, komt Veronique binnengewandeld met een lekkere, zelf gebakken verjaardagstaart voor de Walter. Onmiddellijk vliegt alles voor éénmaal aan de kant, koffie op tafel en lekker smullen van de heerlijke aardbeientaart, die wel wat langer in de ijskast had genogen.

Walter en Veronique snijden
de verjaardagstaart aan.

Het werk gaat na een gezellig kwartiertje weer gewoon verder. Samen met Walter pleeg ik overleg waar, wanneer en tot welk doel we de binoculaire gaan gebruiken. In eerste instantie om de stempels en de graffiti te bestuderen en dat kan in het museum zelf. In een later stadium kan die gebruikt worden voor de details bij de tekeningen, maar dan wel bij Johnny of waar de tekensessie gaat doorgaan.

Walter overlegt over zijn database met Hubert en Romain.

Juist op tijd beëindigt Walter de database zodat die in werking kan gezet worden. Maar de klok is onverbiddelijk en zo eindigt onze werkdag weerom. Vandaag is er op alle fronten vooruitgang geboekt. Met dit goed gevoel kijken we met een gerust gemoed naar de toekomst.

donderdag 3 mei 2007

Middeleeuws aardewerk tussen het Gallo-Romeins schervenmateriaal van de site Steenberg

Reeds geruime tijd geleden werd ik opmerkzaam gemaakt over het feit dat er zich middeleeuws aardewerk tussen het Gallo-Romeins schervenmateriaal zou bevinden. Het gaat hier over een viertal grotere fragmenten van middeleeuwse kruiken of vazen. Hierop hebben wij dit materiaal verwijderd uit het schervenarsenaal. Dit wil zeker niet zeggen dat we geen aandacht gaan schenken aan deze relicten, integendeel, zij zullen bestudeerd en geïnventariseerd worden zoals het ander materiaal. Het gaat hier om kruiken of vazen die zijn vervaardigd uit ruw aardewerk, donker grijs tot bijna zwart van kleur. De voeten zijn met de hand uitgeduwd vertrekkende van uit de onderkant van het centraal gedeelte van de objecten. Het gaat hier om materiaal met een gereduceerde bakking.

Een van de middeleeuwse relicten tussen het
schervenmateriaal van de site Steenberg.

Hoe dit materiaal is terecht gekomen bij het Gallo-Romeins scherven arsenaal blijft een raadsel.
Het is niet ondenkbaar dat deze middeleeuwse restanten zich in een laag bevonden boven op het Gallo-Romeinse materiaal en dat door inwerking van dieren (vb. mollen of woelratten) deze middeleeuwse restanten zijn verzonken tot op de schervenlaag van de tempelsite. Deze theorie kunnen we zeker niet als de echte reden van de aanwezigheid van dit materiaal beschouwen. Dit kan zeker gebeuren met klein schervenmateriaal, maar bij deze restanten bevinden zich nogal grotere stukken waardoor dit kan in twijfel worden getrokken.
Een tweede mogelijkheid kan zijn dat de E.H. De Brouwer in dezelfde periode van de opgravingen materiaal van andere vindplaatsen werd aangeboden en dat dit vermengd is geraakt met het materiaal van de Steenbergsite.
Dat dit materiaal van Hofstade zou afkomstig zijn is zeker niet ondenkbaar. Als men weet dat niet zo ver uit de buurt van de tempelsite in de 9de eeuw de abdij van Meerhem werd opgetrokken waarbij vermoedelijk stenen materiaalresten die van de site afkomstig zijn werden verwerkt. Wetend dat er nog op een andere plaats in Hofstade middeleeuwse scherven zijn aangetroffen behorende tot hetzelfde soort van materiaal, maakt het verder interessant om het onderzoek naar de afkomst van deze scherven blijven verder te zetten.

Logbboek 28/04/2007: 23ste werkdag

Locatie: Oud Hospitaal, Stedelijk Museum Aalst
Tijdstip: 14u – 17u
Aanwezigheid: Johnny De Mol
Werkzaamheden: refitten van schervenmateriaal

Verslag 23ste werkdag: zaterdag 28/04/2007

Er is altijd wel iemand die doorzet en niet versaagt. Johnny is zeker iemand van dat ras. Door verschillende omstandigheden was onze 23ste werkdag enkel bezet door Johnny, en uitgerekend op dat moment slaagt hij erin om het eerste relict bijna volledig (op een tweetal scherven na) te refitten. Het gaat hier om een kleine urne type Holwerda 31 in grijs aardewerk met nagelversiering aangebracht tussen twee gearceerde banden. Johnny is er zeker van dat hij de overige scherven ook nog zal vinden maar tussen al het schervenmateriaal is dat zeker niet zo eenvoudig.
Niet alleen slaagde hij er in dat urntje te refitten, hij vond ook nog even de tijd om een groot gedeelte van een bord in grijs aardewerk met holle bodem samen te stellen. Hiervan waren er reeds tweemaal twee scherven samengebracht en verlijmd.

Johnny aan het werk met de nauwkeurigheid die we
van hem gewoon zijn. Foto 1 is het bijna complete
urntje type Holwerda 31.

Ondertussen had ik tussen mijn werkzaamheden door de tijd genomen om toch even langs te lopen op de museumzolder, zodat ik toch enkele foto’s kon nemen van dit heugelijk moment.
Ann De Block, de museumconservator, kwam ook even langslopen zodat we even de tijd hadden om de opendeur van 2 juni te bespreken. Hierover nog meer de komende dagen.
In ieder geval, de theorie die door Johnny reeds werd verkondigd, klopt volledig. Het is gemakkelijker werken met de stukken die reeds verlijmd zijn. Voeg daarbij het werk van Hubert die de bakken zo heeft geordend dat alles veel overzichtelijker is. Dit is de manier waarop we tot een volwaardig refittersteam komen. We zijn er zeker van dat er nog meer relicten zullen volgen uit de schervenberg, vooral van die votiefurntjes.
Dan hebben we nog de vondst van 14 dagen geleden waarbij een groot drieledig oor is aangepast aan de scherf van een dolium. Daar het niet evident is om dolia te vinden met aanzettingen van handvaten of oren, lijkt dit ook nog een uitzonderlijke vondst, maar dit item moet eerst nog onderzocht worden door Patrick.
Bij deze verontschuldig ik mij voor deze laattijdige verslaggeving, doch alles verloopt niet altijd zoals een mens dat wil. Maar geen nood, volgende week alle hens aan dek voor onze eerste refitting in de meimaand.