zondag 23 december 2007

Verklarende woordenlijst (laatste update 23-12-07)

Artefacten: verzamelnaam voor werktuigen of gebruiksvoorwerpen zoals: vuursteenwerktuigen, schalen, borden enz...
Balegemse zandsteen: zandige kalksteen uit de omgeving van Balegem, ten zuiden van Gent, verwant aan Ledesteen
Belgische waar: Gallisch inheems aardewerk, met sterke Romeinse invloed
Cella: binnenruimte en belangrijkste plaats van het heiligdom
Dolium (mv. dolia): grote voorraadpot
Doornikse kalksteen: blauwzwarte kalksteen zonder fossielen uit de omgeving van Doornik. Verweert zilvergrijs en bestaat uit vele lagen
Dragendorff: typologie van terra sigillata, versierd waar
Eierschaal: typische versiering op Romeins waar
Fanum: heiligdom
Favissa (mv. favissae): offerkuil
Fibula (mv. fibulae): mantelspeld
Flavische periode: regeerperiode van Romeinse keizers die aan het bewind waren van 69 tot 96
Gladius: het meest gebruikte Romeinse zwaard sedert de 2de eeuw voor Christus
Holwerda: typologie genaamd naar de Nederlandse oudheidkundige prof. J.H. Holwerda
Hypocaustum: ruimte onder vloer waarin hete lucht circuleert ter verwarming
Imbrex (mv. imbrecis): ronde Romeinse dakpan die de naad tussen twee tegulae afdekt
Keramiek: verzamelnaam voor voorwerpen die van klei gemaakt zijn
Metopen: verschillende uitbeeldingen van versieringen in een strak omlijnd kader
Mortarium: wrijfschaal, met zware verschraling op de bodem
Nagelversiering: versiering aangebracht met een nagel (meestal schuine kleine strepen), in vroegere periodes aangebracht door indrukken van vingernagels
Oxyderende bakking: bakproces waarbij de objecten een rode, gele of witte kleur krijgen; dit komt door vrije luchttoevoer tijdens het bakken. (Zie ook Reducerende bakking. )
Porticusvilla: Romeinse villa waarvan de voorzijde wordt gevormd door twee grote hoekruimten die onderling verbonden zijn door een zuilengalerij
Reducerende bakking: bakproces waarbij de objecten een grijze of zwarte kleur krijgen; dit komt omdat de luchttoevoer in de oven volledig wordt afgesloten; de noodzakelijke lucht wordt aan de klei ontnomen. (Zie ook Oxyderende bakking.)
Refitten: samenstellen van scherven tot een geheel
Tegula (mv. tegulae): platte dakpan met opstaande rand
Temenos: stenen omheining rond een heiligdom
Terracotta: gebakken aarde. Werd gebruikt voor het vervaardigen van votiefbeeldjes
Terra nigra: Romeins draaischijfaardewerk; letterlijk vertaald "zwarte aarde"; hoort bij de groep Belgische waar
Terra rubra: gewoon Romeins aardewerk, werd gemaakt op draaischijf, behorend tot Belgische waar
Terra sigillata: letterlijk vertaald "gestempeld aardewerk"; wordt aanzien als luxeaardewerk
Tubili: stenen die deel uitmaken van het geheel van de tubulus (veelal versierd met strepenmotief). Het zijn identiek dezelfde stenen als tegulae die bestaan uit rood aardewerk (niet zo zwaar gemaakt) Tubulus: wandverwarming in de Romeinse woning
Villa (mv. villae): agrarisch bedrijf in de Romeinse periode, met productie voor urbane en militaire doeleinden
Vondelbeek (vondel): vlonder, overgang, brug, plank, smal brugje over de beek

Logboek 22/12/2007 : 56ste werkdag

Locatie: “Oud Hospitaal”, Stedelijk Museum Aalst
Tijdstip: 14u tot 17u30
Aanwezigen: Johnny De Mol, Bert Deruyck, Frederik De Loose, Romain De Moor
Werkzaamheden: Determinatie referentieverzameling, nummeren verlijmd materiaal, fotografie
Suggesties: Nihil

Verslag 56ste werkdag: zaterdag 22/12/2007

Hoe kan een koude zaterdagnamiddag op zolder beter beginnen als je wordt opgewacht door Marianne met een heerlijk glaasje glühwein? Een mooi begin voor onze laatste zaterdag van 2007 op onze zolder, we zullen hem 14 dagen missen en hopelijk beginnen we geen ontwenningsverschijnselen te vertonen. Nu alle gekheid op een stokje, met het nog vele werk voor de boeg kunnen we ons niet veel tijdverlies permitteren.
Johnny wringt zich weer op de terra sigillata om dit deel af te werken en Bert gaat onvermoeibaar door met het op de gevoelige plaat te zetten van de referentieverzameling. De vele foto’s die hij reeds heeft genomen zijn een schat aan archiefmateriaal waar we nog lang zullen kunnen uit putten voor de nog komende publicaties rond ons inventarisatiewerk.
Frederik die na de examentijd weer op post is begint de door mij opgestelde referentiefiches nauwkeurig te toetsen aan het materiaal en meet ook de artefacten op die zich in de referentieverzameling bevinden.
Ikzelf heb me vandaag tot doel gesteld om de referentieverzameling uit te breiden met de verschillende Urnen van het type Holwerda. Ook dit is niet zo eenvoudig want bijna allemaal zijn ze verschillend en soms zit het in een klein detail waardoor ze van elkaar afwijken. Doch we moeten er door en we hebben genoeg determinatielectuur ter onze beschikking om dit euvel te overbruggen.

Determinatie van de Holwerdatypes. We werken steeds in
een bak om braak te voorkomen. Lijsten en typologieën
steeds bij de hand.
Als we een eerste voorzichtige analyse maken stellen we vast dat het vooral het type Holwerda 31c is dat voorkomt. De spitsbuikige exemplaren zijn het zeldzaamst. Verschillende van deze types zijn vervaardigd uit terra nigra waardoor deze groep heel interessant lijkt te worden want als we dit soort aardewerk, terra nigra, over gans de lijn bekijken is het een veel voorkomende soort aardewerk onder de vorm van urnen, borden en plengschalen. Maar om alle types van deze Holwerda soorten te determineren zullen we moeten teruggrijpen naar nog meer gespecialiseerde lectuur. Geen nood want we weten dat deze onderweg is en volgende week in ons bezit zal zijn zodat we dit determinatiewerk tijdens het kerstverlof thuis rustig kunnen doornemen en verwerken. Door al dit geleverde werk reeds vast te leggen in tabellen en fiches krijgen we eigenlijk zicht op ons inventarisatiewerk en plukken we de eerste vruchten van ons onderzoek.

Johnny en Romain overlopen de opgestelde tabellen en
refertefiches van dereferentieverzameling.
Stof tot aangename discussie en verbeteringen.

Johnny wordt door Bert op zijn wenken bediend als deze naar een kerstdruppel vraagt. Den Bert tovert een fles ouwe klare te voorschijn. Amaai als dat geen prettig einde is op de laatste werkdag van het jaar. Hubert jong sorry, maar deze zou goed doen aan je zware bronchitis, geen nood. In gedachte ben je bij ons en we hebben er ene extra gedronken op jouw gezondheid en hij deed deugd.Volgende keer ben je er zeker weer bij en dan nemen we er ons nog ene op het nieuwe werkjaar.
Frederik heeft zich ook niet onbetuigd gelaten en heeft alle verlijmde scherven genummerd en ondergebracht op fiche zodat Bert ze kon fotograferen en overbrengen naar het ateliertje van Hubert. Dit staat er vandaag wat eenzaam bij maar als we er eens rondkijken en zien hoe alles er geordend bij staat mogen we gerust op onze beide oren slapen dat er onze vriend Hubert geen detail zal ontgaan. Ook hier kunnen we eigenlijk een eerste analyse maken en zeggen dat het reeds gerefitte materiaal het honderdtal zeker overschrijd. De grootste groep van dit materiaal zijn zeker de borden en plengschalen maar ook het kruikenwaar is opvallend veel. Dit is zeker belangrijk voor onze telling, want ieder verlijmd stuk geeft weer een individualistisch item aan een bepaalde groep of type aardewerk. Ook hier de vaststelling dat het veelal om rituele voorwerpen gaat en dat het dagelijkse waar in de minderheid is. Maar hier moeten we wel bij vermelden dat het dagelijkse waar nog moet onderzocht worden terwijl de andere soorten reeds een serieuze studie hebben ondergaan op het gebied van refitting.



Johnny en Romain overlopen de gedane determinatie
voor ze wordt opgenomen in de definitieve lijst.


Waar we nu zeker werk moeten van maken tegen de volgende keer dat Patrick langs komt is een serieus determinatiewerk op papier met onze vorderingen die we reeds gemaakt hebben zodat hij dit aan een verbetering kan onderwerpen. Ik wil hier wel vermelden dat Johnny en ik hier momenteel volop aan werken en dat onze medewerkers zo gauw mogelijk een afschrift van dit werk zullen krijgen zodat ook zij nog verbeteringen of uitbreidingen er kunnen aan toevoegen. 17u 30 slaat de klok en we zien ons genoodzaakt om onze verzuchtingen op zolder voor dit jaar af te sluiten, vaarwel 2007, welkom 2008.

Zoldermot na 14.037 bijeenkomsten


donderdag 20 december 2007

Logboek 20/12/2007 : 55ste werkdag

Locatie: “Oud Hospitaal”, Stedelijk Museum Aalst
Tijdstip: 10u – 16u30
Aanwezigen: Johnny De Mol, Romain De Moor
Werkzaamheden: Determineren en beschrijven referentieverzameling en terra sigillata
Suggesties: Nihil

Verslag 55ste werkdag: donderdag 20/12/2007

Mist, smog, onidentificeerbare stofdeeltjes, donker, grijs en grauw. Kan een mens zich nog betere omstandigheden wensen om zich een ganse dag terug te trekken, weg van het aardse tranendal? Om zich volledig te wijden aan de studie van ons archeologisch patrimonium. Dit is misschien nogal zwaarmoedig uitgedrukt toch was het met deze blijde gedachte dat ik samen met Johnny naar onze zolder trok om een ganse dag aan de determinatie van onze referentieverzameling te werken. We hebben ons voorgenomen om een zo volledig mogelijke beschrijving te maken van de terra sigillata. Natuurlijk is dit niet mogelijk op één dag.
Johnny zou beginnen met al de gestempelde scherven in de terra sigillata te typeren en te nummeren om nadien een uitgebreidere beschrijving te maken. Het betreft hier enkel de scherven van Aalst, deze afkomstig uit het depot van Gent volgen later.
Ikzelf zal me verder toeleggen op de uitwerking van de referentieverzameling. Eerst maak ik een verdere beschrijving van de soorten luxewaar die nog moeten opgenomen worden in de verzameling om daarna andere soorten aardewerk op te zoeken en ook in te lassen. Op deze manier krijgen we al een bredere kijk op de site en kan ik nu reeds verklappen dat we een 40 soorten verschillende types van aardewerk in de referentieverzameling hebben ondergebracht en volledig gedetermineerd.

Johnny aan de slag bij het beschrijven van de
gestempelde terra sigillata.

Waaronder een 20-tal types van Dragendorff, verder nog vernist en geverfd aardewerk, urnes, amforen, terra nigra, terra rubra enz….. Op deze manier ben ik reeds begonnen met een classificatiesysteem om de tellingen in een later stadium vlotter te laten verlopen.
Bij Johnny komen ook de eerste vaststellingen los: met name dat er in de verzameling een overvloed is aan het type bekers Drag. 27. Ook de types Drag. 29 en 37 komen vaak voor. In de versieringen en tekeningen van de Drag. 29 komen er twee stijlen voor, deze met de versieringen verdeeld in open en vrije stijl. Wat we ook geleerd hebben is dat op de Drag. 29 nooit eierlijst voorkomt en op de Drag. 37 altijd eierlijst staat afgebeeld.
Verschillende scherven dragen sporen die typisch zijn voor de site Graufesenque (Zuid-Frankrijk). Zoals het driehoeksmotief, de graszoden en de kleine afbeeldingen van vogels. Na al deze waarnemingen is Johnny zo geboeid dat hij verschillende van deze scherven meeneemt naar Lede om deze daar verder te ontleden en te beschrijven (hier hoort men nog van).

In vooraf opgemaakte lijsten wordt het classificatiesysteem
voor de referentieverzameling opgetekend, nadien worden
er fiches opgemaakt met een uitgebreide determinatie
van het type en soort aardewerk.

Zonder het wel en goed te beseffen is het reeds na twaalf uur, en het is het knorren van twee lege magen die ons de werkzaamheden even doet stilleggen. Een goede kop koffie en een heerlijk broodje zorgen ervoor dat we niet beseffen dat we in deze kerstdagen volledig afgezonderd op zolder zitten en dit kerstgebeuren aan ons laten voorbijgaan. In de namiddag worden de werkzaamheden verder gezet en kan ik enkel vaststellen dat de gedane waarnemingen en notities een brede kijk geven op het schervenarsenaal. Zo kunnen we vaststellen dat er reeds verschillen zitten met de laatste waarnemingen gedaan door Prof. De Beenhouwer in 1996. Het betreft hier andere types van Dragendorff die voorkomen. Nu is het wel nog te vroeg om reeds conclusies te trekken aangaande de interpretatie maar het opent reeds perspectieven. Om dit te doen zal onze studie en waarnemingen nog uitgebreider moeten gebeuren. Johnny slaagt er nog in om een drietal refittings tot stand te brengen (anders zou zijn dag niet geslaagd zijn).
Als de namiddag op zijn einde loopt maken we reeds een werkschema op voor komende zaterdag. Dit zal dan de laatste werkdag zijn van 2007, want tussen kerst en nieuw is het museum jammer genoeg gesloten.

Een blik op het gestempelde waar,
mooi gedetermineerd en beschreven.

Onder de eerste tonen van het aangekondigde kerstconcert van vanavond dat plaats heeft in de kapel van het museum verlaten wij ons schuiloord en begeven ons hoestend en proestend door de smog en mist huiswaarts richting kribbe.

zondag 16 december 2007

Logboek 15/12/2007 : 54ste werkdag

Locatie: “Oud Hospitaal”, Stedelijk Museum Aalst
Tijdstip: 14u tot 17u30
Aanwezigen: Bert Deruyck, Hubert Timmerman, Walter Callebaut, Willy Van Paepeghem, Jozef Avoux, Romain De Moor
Bezoeker: Bart Joos
Werkzaamheden: Opbouw referentieverzameling, determinatie kruikenwaar, archivering en nummering, fotografie
Suggesties: Nihil

Verslag 54ste werkdag: zaterdag 15/12/2007

De laatste weken voor Nieuwjaar zijn aangebroken, en deze zijn merkbaar aan de nervositeit die er in de stad hangt want iedereen wil en zal kerstshoppen. Toch kan deze drukte het niet halen tegen de gezelligheid van onze zolder. Dus zing ik vrolijk “dag vrouwtje en dag dochter, shoppen jullie maar. Ik zie dat niet zo zitten. Ik trek naar mijne zolder toe”. Dus zo gezegd, zo gedaan. Er staan voorlopig nog altijd dezelfde werkzaamheden op de agenda. De referteverzameling moet verder opgebouwd worden en dit krijgt voorrang.
Na een afwezigheid van twee weken mogen we Walter weer begroeten en het doet deugd hem weer te zien. Onmiddellijk vraag ik hem of hij het ziet zitten om aanvang te nemen met de verschillende types van het kruikenwaar in de referteverzameling onder te brengen. Zeker geen eenvoudige opdracht. Doch ik heb het determinatiewerk van Vinckenroye meegebracht. Daarmee zouden we ons kunnen behelpen, doch blijft het niet eenvoudig.

Walter aan de slag met de determinatie van het kruikenwaar,
terwijl Romain op de achtergrond verder de referteverzameling
verder beschrijft en uitdiept.

Ondertussen heb ik een nieuw type van Drag. 36 aan de verzameling toegevoegd, onversierd wat een beetje speciaal is, want normaal is de Drag. 36 versierd op de breed omgeslagen lip met barbotineversiering. Een tweede nieuw item in de verzameling is het oor van een amfoor type Dressler 20, in rood aardewerk. Ook breng ik de verzameling over in de daarvoor voorziene plaats ons aangebracht door Hubert die steeds op vinkenslag ligt om zo efficiënt en zo praktisch mogelijk te werken.

De manier waarop de referteverzameling wordt geklasseerd
en overzichtelijk wordt gemaakt.

Vandaag kregen we ook het bezoek van Bart Joos, een gedreven amateur in de archeologie die wil samenwerken op een degelijke en wetenschappelijke manier, we willen langs deze weg Bart welkom heten in ons midden en hopen op een aangename en leuke manier onze kennis te delen. Hij wil vooral prospectietochten ondernemen samen met ons, een dankbaar initiatief waar we zeker zullen aan mee werken. Hier omtrent hebben we vandaag de eerste afspraken gemaakt en zullen we trachten om in januari van start te gaan. Dit initiatief kan ons werk rond de site Steenberg enkel maar ten goede komen.Willy en Jef zijn ondertussen druk bezig met het nummeren en het op fiche brengen van de verlijmde stukken. Bert legt zich trouw als elke week toe om alles op de gevoelige plaat te leggen en vandaag heeft hij geloof ik een record gebroken in het fotograferen van de verlijmde materialen zodat Hubert zijn ateliertje weer op volle toeren draait want na het fotografisch werk komen ze daar toe, waar ze worden geïnventariseerd en beschreven, klaar voor de tellingen in de eindfase. Weerom toont dit werk zijn nut, want een verloren gelegd inventarisatiezakje werd onmiddellijk na raadpleging van zijn lijst terug gebracht bij het exacte item. Terwijl Hubert onze nieuwe vriend Bart laat kennis maken met de verzameling en het reeds gedane werk kabbelt de namiddag rustig verder. Op het einde van de namiddag maakt Walter de eindconclusie van zijn determinatiewerk en die luidt als volgt: dat het zeker niet gemakkelijk zal zijn om al die verschillende soorten te onderscheiden, laat staan ze juist te typeren. Doch we hebben al andere katjes gegeseld zodat dit ook tot een goed einde zal gebracht worden.


Willy en Jef aan de slag bij het nummeren en
het op fiche brengen van het verlijmde materiaal.

Daar het echt een aangename temperatuur op onze zolder is en iedereen zo gefocust is op zijn werk, heeft dit tot gevolg dat we weeral in het donker de trappen kunnen afdalen maar er is toch een slimmerik die een lampje bij heeft. Zo kunnen we veilig de uitgang bereiken waar Annemie (echtgenote van Bert) ons staat op te wachten met de auto en ons zo veilig terugbrengt naar ons nest waar weer een hele boel verwerking kan gebeuren.

zondag 9 december 2007

Logboek 08/12/2007 : 53ste werkdag

Locatie: “Oud Hospitaal”, Stedelijk Museum Aalst
Tijdstip: 14u tot 17u30
Aanwezigen: Willy Van Paepeghem, Bert Deruyck, Hubert Timmerman, Johnny De Mol, Romain De Moor
Werkzaamheden: Inventariseren, beschrijven referteverzameling, op fiche zetten verlijmd materiaal, refitten en bestuderen schervendepot, fotografie
Suggesties: Nihil

Verslag 53ste werkdag: zaterdag 08/12/2007

Dat de inventarisatie in een verdere fase is beland merkt men duidelijk aan de nieuwe en andere werkzaamheden die gestart zijn. Het werk ligt niet meer met de nadruk op de refitting doch op het selecteren en beschrijven van het materiaal bestemd voor de referentieverzameling.
Doch blijft Johnny er in slagen om nog enkele scherven samen te brengen. Samen met hem heb ik de voorbije week de oudere publicaties van Prof. De Laet en Prof. De Beenhouwer grondig bestudeerd. Ik moet zeggen dat we reeds enkele opmerkelijke bevindingen hebben gemaakt. Dit zijn nu de voornaamste taken om zo een betere analyse van de totale collectie van de site Steenberg te kunnen maken. Sinds vandaag is Willy begonnen met de taak op zich te nemen om refittingen die zijn gebeurd te nummeren en op fiche te zetten, een taak waarvan Willy zich voorbeeldig kweet. Terwijl Willy deze taak overneemt, kan ik me verder toeleggen op de beschrijving van de referentieverzameling zodat Bert deze op beeld kan vastleggen.

Een beeld van de werkzaamheden, Willy aan de schrijftafel
en Johnny onderwerpt de scherven aan
een nauwkeurig onderzoek.


Romain aan het werk bij de referteverzameling.

Enkele van de bevindingen gemaakt door Johnny:
Drag. 4 is een term die niet meer in gebruik is, deze valt onder Drag.22.
Drag. 6 valt weg, deze stukken behoren allen tot Drag. 24
Drag. 25 is ook een type die we geschrapt hebben en valt onder Drag 24
Verder zijn er nog enkele zaken die in de publicaties van Prof. De Laet staan en moeten opgehelderd worden.

Wat wel opvalt is dat er verschillende zaken in de publicaties van De Laet en De Beenhouwer staan die tot nu toe nog niet hebben teruggevonden. Ook zijn er al een tweetal types van Drag. teruggevonden die niet waren opgenomen in vroegere publicaties.
Hubert is inmiddels weer in zijn ateliertje gedoken om verder te werken aan de lijst van de verlijmde stukken, die hij nu verder aanvult met de verschillende types van aardewerk die gedetermineerd worden. Dit werk is heel belangrijk omdat deze lijst uiteindelijk zal leiden naar de algehele inventarisatie. Maar Hubert die zeer gedreven is in dergelijke opdrachten, volgt alles minutieus op en geen detail ontgaat hem. Zo heeft hij op deze manier reeds enkele serieuze rechtzettingen gedaan.

Hubert aan de slag met zijn inventarisatielijst en
fototoestel bij de hand. De manier waarop wij hem
het best herkennen: gedreven en gebeten in
zijn taak als inventariseerder.

Bij dit alles is een drankje en een koekje een aangename verpozing. En dit gebeurt dan ook op tijd zodat de aandacht eens kan afgeleid worden. Terwijl het buiten hondsweer is stellen we vast dat onze zolder, nu met centrale verwarming, ons nog vele aangename en spannende uren zal brengen. Doch het klokje van de tijd tikt verder en rond 17u30 staan we met zijn allen klaar om weer huiswaarts te trekken, waar we rustig aan de verwerking van onze taken kunnen verder werken.

zaterdag 8 december 2007

H. Barbara: ook beschermheilige van de zoldermotten


Onze fotograaf heeft op zijn minst een boontje voor de H.
Barbara omwille van zijn onderstaand boekje. Hij vierde
op
4 december haar naamfeest. Nu beschermt ze de
zoldermotten een verdieping lager (foto boven) in het
Aalsterse museum.

zondag 2 december 2007

Logboek 01/12/2007 : 52ste werkdag

Locatie: “Oud Hospitaal”, Stedelijk Museum Aalst
Tijdstip: 14u tot 17u30.
Aanwezigen: Hubert Timmerman, Bert Deruyck, Willy Van Paepeghem, Johnny De Mol, Romain De Moor.
Bezoeker: Willy Temmerman.
Werkzaamheden: Verder uitwerken referentieverzameling, inventarisatie, fotografie.
Suggesties: Nihil.

Vergane zoldermotten (fotoverslag)




Verslag 52ste werkdag: zaterdag 01/121/2007

Na een week van algemene absorptie van onze studiedag waren we er klaar voor om op de eerste dag van de laatste maand van dit werkjaar er volop tegenaan te gaan. Men kon enige nervositeit en spanning waarnemen in onze werkgroep. Iedereen wou er meteen invliegen, en dat gebeurde ook.
Hubert dook in zijn ateliertje na dat hij samen met Willy, Bert en mij naar de studieresultaten van Johnny had geluisterd. En deze had zeker zijn best gedaan, waarvoor van harte proficiat, want dat toonden de nodige aantekeningen in zijn documenten aan. Hij ontdekte in de geschriften van Prof. De Laet dat een door hem te verlijmen stuk uit drie scherven van terra sigilata uit 5 stukken moet bestaan waaronder één van een gladiatorengevecht. Dit blijkt een zeldzame weergave te zijn. Na een kleine speurtocht vond hij een eerst ontbrekende scherf terug, doch deze met het gladiatorengevecht ontbreekt, vermoedelijk bevindt deze zich in het museum Het Pand. En wat blijkt, na een controle door Hubert van vroeger gemaakte foto’s, blijkt deze veronderstelling waar te zijn. Dit is een prachtig staaltje van gezamenlijk onderzoek. De vijf scherven zijn afkomstig van een schaal type Dragendorff 37.
Ondertussen ben ik ook aan de slag gegaan met een algemene beschrijving te maken van de inhoud van de door ons samengestelde referentieverzameling. Ik stel vast dat we reeds 13 verschillende vormen van terra sigilata hebben van het type Dragendorff. Waaronder twee soorten met versiering, Drag. 29 en Drag. 37. Dit zijn ook de twee meest voorkomende versierde types.

Willy en Hubert aan de slag
met de terra sigillata scherven.

Verder stel ik verschillende soorten terra nigra vast waaronder een recipiënt afkomstig uit de eerste eeuw (vroeg terra nigra) en gestempelde terra nigra. Een verder en kompleet overzicht zal verschijnen in een latere publicatie.
Bert laat zich ook niet onbetuigd en is volop begonnen met de referentieverzameling om te zetten in beeld. Aan hem hebben we reeds een prachtig aantal fotoseries te danken.
Hubert kwijt zich met opperste concentratie van zijn taak om alle verlijmde recipiënten te inventariseren en deze open te leggen in de voorziene verzamelbakken. Ook heeft hij de door mij al reeds verpakte en geconserveerde voorwerpen per groep geselecteerd: glas, ijzer, brons, enz… het ligt allemaal prachtig gesorteerd.
Op het einde van de namiddag worden we vergast met een bezoek van Willy Temmerman. Deze onfortuinlijke vriend die juist een publicatie heeft gemaakt over de godinnencultus op de Steenberg komt zich vergewissen van een bronzen beeldje van de oorlogsgodin Minerva.

In druk overleg. Van links naar rechts: Willy Van
Paepeghem, Romain, Bert en Willy Temmerman.

Helaas moeten we hem teleurstellen, want dit voorwerp bevindt zich momenteel nog altijd in het museum Het Pand te Gent. Daar wij aan dit onderdeel van de studie nog niet bezig zijn blijven deze voorwerpen op hun standplaats. Maar ik maak hem de belofte om hem enkele foto’s van dit beeldje door te sturen.
Terwijl heeft de klok weeral haar werk gedaan en dwingt zij ons om in de halve duisternis onze weg op de trappen naar de bewoonde wereld te zoeken. Gelukkig heeft Hubert een zaklamp bij. Zouden wij dit ongemakkelijk euvel reeds eerder hebben meegemaakt?