zondag 25 mei 2008

Verslag 77ste werkdag: zaterdag 24/05/2008

Vandaag mogen we voor de eerste maal een nieuwe medewerker begroeten. Voor ons geen onbekende als lid van de Heemkundige Kring, Hugo Thuy. Ook voor hem is onze zolder geen vreemd terrein want het is niet de eerste maal dat hij ons verblijdt met zijn aanwezigheid, het is wel de eerste maal dat hij zal meewerken aan ons mastodontenproject. Dus gingen we vandaag met vijf man aan de slag op onze zwoele zolder. Ik ga hier zeker weer niet beginnen met de taakomschrijving van iedereen, want dat wordt wat eentonig.

Hugo ontpopte zich dadelijk
in de techniek van het nummeren.

Hugo, door Johnny wegwijs gemaakt in het nummeren en ficheren van de verschillende scherven wist dadelijk welke taak hem te wachten staat als hij blijft komen natuurlijk. Ik laat vandaag even de referentieverzameling voor wat ze is en zet me verder aan het op type brengen van de terra sigillata. Wat me na een tijdje opvalt is dat ik reeds een 40 tal scherven heb gedetermineerd steeds afkomstig uit dezelfde doos, en steeds met hetzelfde identificatienr. HO 50/ 2, wat wil zeggen Hofstade 1950 sleuf 2. Daar deze scherven zich allemaal indezelfde doos van de U. Gent bevinden zou het wel best mogelijk zijn dat deze doos toch een bepaalde context bevat. Dus stellen we vast dat het toch nodig is om alles te inventariseren per doos. Sleuf 2 bevindt zich volgens de geschriften van Prof. De Laet ten O. van het tweede fanum, ietwat ten W. van de omheinigsmuur. De cultuurlaag was doorspekt met voorwerpen, voornamelijk scherven. De dikte van de laag met scherven nam geleidelijk toe. Op een afstand van een paar m bedroeg ze 0,50m tot 0,55m tot een diepte van 0,40m tot 0,95 m. Daar was er dus duidelijk een ondiepe kuil gegraven waar opzettelijk voorwerpen waren in begraven. Deze kuil staat te boek als favissa 2. Deze vertoont een treffende gelijkenis met de favissa gevonden in 1946 (Cultureel jaarboek voor de provincie Oost-Vlaanderen 1950, blz. 282, Dr. Prof. De Laet). De terra sigillata die ik vandaag op typologie breng, is afkomstig uit deze kuil, het gaat hier voornamelijk om drinkbekers type Drag. 27 en schalen met barbotine versiering type Drag. 36

Het nummeren bestaat uit een fijne techniek,
waarin Hugo zich dadelijk als een kenner profileert.

Deze voorwerpen duiden duidelijk op votiefgiften. Natuurlijk zou Johnny zichzelf niet zijn mocht hij geen prachtige refitting uit zijn mouw schudden en dat doet hij natuurlijk vandaag ook op de door hem gekende flegmatieke wijze. Een bord dat reeds half gerefit was tovert hij weerom om in een bijna volledig exemplaar type Holwerda 78a. En niet alleen deze refitting was vandaag zijn bijdrage, in totaal heeft hij er een 7-tal tot stand gebracht.

Hugo, Johnny en Willy drukdoende rond de refittingsbak
waarin het bord type Holwerda 78a tot leven komt
.

Hubert maakt vandaag ook heel wat vooruitgang in zijn classificatiesysteem dat stilaan tot een overzichtelijk geheel wordt omgetoverd. Hier zien we de vorderingen van de verschillende groepen van gerefitte voorwerpen een duidelijk beeld krijgen, de borden, kruiken, bekers, enz… liggen prachtig gegroepeerd op de verschillende tafels van zijn atelier. Willy die mij bijstaat met het ficheren van de terra sigillata worstelt met een ander probleem. Op verschillende scherven staat steeds het nr. 141 vermeld omcirkeld. Wat mag dat betekenen? Ook mij was dit reeds opgevallen, doch enig opzoekingwerk in het dossier De Laet brengt geen soelaas in deze zaak. Mijn vermoeden gaat uit naar de verwijzing naar een bepaalde context (ik zeg wel vermoedelijk). Ik hoop dat dieper onderzoek klaarheid kan schenken.

Een sfeerbeeld van de centrale werkruimte.

Tegen de klok van 17u30 dalen wij weer af naar de bewoonde wereld. Een aangename koelte in de sobere museumgangen vergezelt ons naar buiten waar de vogeltjes fluiten.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten